62.000 mensen met een lesbevoegdheid staan niet voor de klas, schreef Trouw. Uit dit artikel blijkt dat het er nog veel meer zijn: die 62.000 zijn alleen degenen die in een andere sector zijn gaan werken dan het onderwijs én in 2000 of later afstudeerden.
Niet meegerekend zijn dus 1) de mensen met lesbevoegdheid die in het onderwijs zijn gebleven, maar nu een niet-lesgevende functie uitvoeren en 2) mensen zoals ik, die hun lesbevoegdheid haalden in 1999 of eerder.
Ad 1:
Er zijn zo’n 57.600 FTE aan niet-lesgevende functies in PO en VO, maak ik op uit deze cijfers voor PO en VO. PO en VO hebben (exclusief speciaal onderwijs) samen zo’n 195.200 FTE. 137.600 daarvan werken als leraar, dus een kleine 70%. Blijven over zo’n 57.600 niet-lesgevende FTE’s. Het is niet te zeggen hoeveel van die mensen een lesbevoegdheid hebben, maar het komt regelmatig voor dat iemand die voor de klas stond later teamleider, ICT-coördinator, roostermaker, onderwijsadviseur, intern begeleider of rector wordt.
Ad 2:
Iedereen die afstudeerde voor 2000 zit niet in de cijfders. Ik (lesbevoegdheid behaald in 1999) ben nu 50 jaar, heb nog 18 jaar te gaan tot mijn vermoedelijke AOW-datum, en zou mezelf dus wel rekenen tot de groep van lesbevoegden die terug voor de klas zouden kunnen. Dat geldt ook voor de 17 jaargangen studenten voor mij, die ook niet zijn meegerekend in de cijfers. Als 21 jaar aan afstudeerders (2000-2021) 62.000 FTE aan stille reserve heeft opgeleverd, mogen we voor de 18 jaargangen daarvoor (1981-1999) ook wel uitgaan van tienduizenden.
De totale stille reserve bestaat dus uit 62.000 mensen die buiten het onderwijs werken, plus een onbekend deel van de 56.700 niet-lesgevende FTE’s binnen het onderwijs, plus tienduizenden mensen die voor 2000 hun bevoegdheid haalden.
Al met al denk ik dat het niet overdreven is de stille reserve op minstens 100.000 te schatten.
Eind 2023 waren er zo’n 13.600 vacatures in het primair en voortgezet onderwijs. Het lerarentekort kan dus helemaal worden opgelost als zo’n 14% van de stille reserve weer terug voor de klas gaat.